Atjar tjampoer
Een kleurrijke Atjar Tjampoer met bamboe, bloemkool, wortel en boontjes in de hoofdrol. Een dressing van mosterd, azijn, suiker en zout zorgt voor een traditionele smaak. Heerlijk met Indonesische gerechten zoals nasi goreng of door een salade.
60 min bereiden
bijgerecht
5 personen
voedingswaarde onbekend
- 3 kemirienoten
- 750 ml Water
Bereidingswijze
Zet in 4 stappen deze heerlijke Atjar tjampoer op tafel.
- Kook de groenten beetgaar in half azijn, half water met een snuf zout en een halve theelepel geelwortelpoeder. De groenten moeten ruim onderstaan. Begin met de groenten met de langste gaartijd en voeg de boontjes, worteltjes, kool, bloemkool, bamboescheuten en taugé als laatste toe. Laat de groenten uitlekken en bewaar het kookvocht.
- Bepaal de zuurgraad van het kookvocht door te proeven. Voeg water toe als het te zuur is en azijn als het niet zuur genoeg is. Voeg 2 eetlepels suiker toe en voeg meer toe als je het zoeter wilt. Voeg nu zout en mosterdpoeder toe. Neem een halve liter vocht uit de pan en voeg het kruidenpapje toe aan de rest van het kookvocht en de groenten. Kook alles samen nog even op.
- Schep met een schuimspaan de groenten uit de pan en doe ze nog heet in de potten. Schep de potten helemaal vol en druk goed aan. Vul tenslotte af met het opnieuw opgekookte kookvocht tot de groenten compleet bedekt zijn en klop de bodems een paar keer op een natte doek op het aanrecht om eventuele luchtbellen eruit te krijgen.
- Sluit dan de potten en laat afkoelen. Bewaar in de koelkast of op een koele plek. Wacht enkele dagen voordat je de atjar gebruikt. Zolang de potten vacuüm gesloten blijven, blijft de atjar zeker enkele maanden goed. Gebruik de atjar nadat de potten zijn geopend niet langer dan een week. Het is handiger om meerdere kleinere potten te gebruiken dan één grote.
